Vliervelden
Oosterwold is een groot uitbreidingsgebied tussen Almere en Zeewolde, waar plannen ontwikkeld mogen worden binnen de set van spelregels, zonder dat er een ruimtelijk raamwerk is voor deze nieuwe wijk. Oosterwold wordt niet ‘van bovenaf’ gemaakt aan de hand van een alomvattend plan, maar ontwikkelt zich organisch door een veelheid aan initiatieven aan welke maximale vrijheid wordt geboden.
In dit gebied hebben de stadsboeren Tom en Tineke een Landbouwkavel verworven dat onderdeel zal worden van hun Stadsboerderij; een biodynamisch bedrijf met koeien, akkerbouw en groenteteelt verspreid gelegen in en rondom Almere.
In Oosterwold vormt stadslandbouw de groene drager, zowel ruimtelijk als economisch. 50% van het grondgebruik zal blijven bestaan uit landbouw. Oosterwold speelt in op een mondiale tendens naar lokaal, verantwoord en duurzaam geproduceerd voedsel. Het streven is om ongeveer 10 procent van de regionale voedselbehoefte in Oosterwold te produceren. Anders dan nu zal de stadslandbouw bijdragen aan het herstellen van de relatie tussen stad en land en tussen mens en voedsel.
Op het Landbouwkavel van Tom en Tineke is het daarom mogelijk naast een aantal agrarische gebouwen ook een woonprogramma te realiseren. Er is vrijstelling gegeven met betrekking tot de hindercirkels van de agrarische bedrijvigheid in relatie tot wonen.
Dit is Vliervelden geworden, wonen op het erf van de boer, in een poortgebouw, naast de koeienstal en de hooischuur, als onderdeel van de 40 hectare landbouwgrond.
Het poortgebouw bestaat uit een woongebouw met 21 appartementen, een entreepoort, het woonhuis van de boer en een winkel voor de verkoop van de producten van het land. Verder op het erf heeft de boer kavels uitgegeven voor een aantal grondgebonden woningen. Het woonhuis van de boer en de winkel is binnen de bouwenvelop, die door KettingHuls is bepaald, verder uitgewerkt door aannemersbedrijf v.d. Heijkant. KettingHuls is verantwoordelijk voor het woongebouw en de entreepoort.
Het silhouette van het poortgebouw refereert naar de pioniersschuren van de Verenigde Staten. Het woongebouw heeft een houten gevel. De balkons aan de zuidzijde en de galerijen aan de straatzijde worden ondersteund door een constructie van massieve houten balken en liggers van Azobé. Het gebouw is dertig centimeter ten opzichte van het maaiveld opgetild en de onderste balkons en galerij zijn eveneens van hout. De gevel is bekleed met houten planken van Ayous en heeft houten kozijnen. Een zeer uitgesproken dak van rode golfplaten bedekt het hele gebouw met de poort en is hetzelfde als de bekleding van de hooischuur en de koeienstal.
De bewoners van het woongebouw zijn onderdeel van het leven op het erf. Tussen de tractoren, koeien en hooibalen wonen ze samen rondom de appelboomgaard met om hun heen de landbouwgrond van de stadsboer waarop gewerkt wordt.
Oplevering | 2020 |
Opdrachtgever | Vink Bouw, Tom Saat en Tineke van den Berg (de stadsboeren van Almere) |
Bouwkunding aannemer | Vink bouw |
Fotograaf | Sebastian van Damme |